A A N D E L E Z E R,
Ik was al een tijdje planten en dieren aan het schilderen voor een encyclopedie-achtig boek dat ik wilde maken toen ik in december 2020 de “METAMORPHOSIS INSECTORUM SURINAMENSIUM ofte Verandering der Surinaamsche Insecten” kreeg. Het boek van M A R I A S I B Y L L A
M E R I A N gaat over de insecten en planten die zij tussen 1699 en 1701 verzamelde tijdens een reis door Suriname.
M A R I A S I B Y L L A is een intrigerende vrouw. Ze komt uit een wereldberoemd geslacht van grafische kunstenaars en natuuronderzoekers die in de 17e eeuw publicaties maakten over onderwerpen uit de biologie. Ze is persoonlijk aanwezig geweest bij de geboorte van de moderne natuurwetenschap. In de hitte van Suriname hield ze het niet lang vol, maar terug in Amsterdam schrijft ze met grote passie over de planten die ze heeft meegenomen en de rupsen die ze zag verpoppen tot motten en vlinders. Bij alle onderwerpen maakt ze de meest prachtige illustraties.
Door dit boek werd mij duidelijk welke vorm mijn eigen werk moest krijgen. Wat het zo interessant maakt is, dat dit een verslag is van een eerste blik. De natuur van Zuid-Amerika was in die tijd nog door niemand in Europa beschreven. Alles is nieuw voor haar. Ze doet haar best om de smaak van een ananas te beschrijven voor mensen die nog nooit een ananas gezien hebben laat staan geproefd. Je probeert je de opwinding voor te stellen die ze gevoeld moet hebben bij zoveel nieuwe indrukken. Je wordt er jaloers op.
Ik leef ruim driehonderd jaar later. Ik ben nog nooit in Suriname geweest, maar het regenwoud zou ook op mij waarschijnlijk nog een grote indruk maken. Toch zou ik de opwinding van M A R I A S I B Y L L A niet meer kunnen voelen. De wereld is te veel ontgonnen geraakt en de snippers onbeschreven natuur die over zijn gebleven zijn voor mensen zoals ik niet meer waar te nemen. Wie nu een ervaring wil hebben zoals M A R I A S I B Y L L A kan alleen in de verbeelding terecht.
Dit boek gaat daarover, over natuur als verzinsel. Ik heb in de verbeelding een reis gemaakt naar de enige eilandengroep op aarde die in de eenentwintigste eeuw nog niet ontdekt is. Het spreekt vanzelf dat het afgelegen eilanden zijn waar de natuur zich op een heel eigen wijze heeft kunnen ontwikkelen.
M E R I A N gaat over de insecten en planten die zij tussen 1699 en 1701 verzamelde tijdens een reis door Suriname.
M A R I A S I B Y L L A is een intrigerende vrouw. Ze komt uit een wereldberoemd geslacht van grafische kunstenaars en natuuronderzoekers die in de 17e eeuw publicaties maakten over onderwerpen uit de biologie. Ze is persoonlijk aanwezig geweest bij de geboorte van de moderne natuurwetenschap. In de hitte van Suriname hield ze het niet lang vol, maar terug in Amsterdam schrijft ze met grote passie over de planten die ze heeft meegenomen en de rupsen die ze zag verpoppen tot motten en vlinders. Bij alle onderwerpen maakt ze de meest prachtige illustraties.
Door dit boek werd mij duidelijk welke vorm mijn eigen werk moest krijgen. Wat het zo interessant maakt is, dat dit een verslag is van een eerste blik. De natuur van Zuid-Amerika was in die tijd nog door niemand in Europa beschreven. Alles is nieuw voor haar. Ze doet haar best om de smaak van een ananas te beschrijven voor mensen die nog nooit een ananas gezien hebben laat staan geproefd. Je probeert je de opwinding voor te stellen die ze gevoeld moet hebben bij zoveel nieuwe indrukken. Je wordt er jaloers op.
Ik leef ruim driehonderd jaar later. Ik ben nog nooit in Suriname geweest, maar het regenwoud zou ook op mij waarschijnlijk nog een grote indruk maken. Toch zou ik de opwinding van M A R I A S I B Y L L A niet meer kunnen voelen. De wereld is te veel ontgonnen geraakt en de snippers onbeschreven natuur die over zijn gebleven zijn voor mensen zoals ik niet meer waar te nemen. Wie nu een ervaring wil hebben zoals M A R I A S I B Y L L A kan alleen in de verbeelding terecht.
Dit boek gaat daarover, over natuur als verzinsel. Ik heb in de verbeelding een reis gemaakt naar de enige eilandengroep op aarde die in de eenentwintigste eeuw nog niet ontdekt is. Het spreekt vanzelf dat het afgelegen eilanden zijn waar de natuur zich op een heel eigen wijze heeft kunnen ontwikkelen.